Federatie Particulier Grondbezit

Innovaties

6. Knooperven


Diverse innovaties bieden kansen om in kleine en grotere gebieden natuur en landschap te stimuleren. Bij knooperven gaat het om boerenerven die via paden en beplanting met elkaar zijn verbonden of, anders gezegd, verknoopt. Bedrijfsgebouwen worden gesloopt of verbouwd tot woon- of werkruimte. Erven en beplanting komen in bezit van de nieuwe bewoners. De landbouwgrond komt beschikbaar voor boeren die willen uitbreiden. Knooperven maken dus schaalvergroting van de landbouw mogelijk, terwijl kleinschalige landschappen in stand blijven. De inkomsten van knooperven komen van boeren die landbouwgrond overnemen en kopers van woningen. Bespaard wordt op de kosten voor landschapsonderhoud, omdat de kopers van de woningen in hun koopcontract tekenen voor het onderhoud van paden en landschapselementen voor de eerstkomende twintig jaar.
Een knooperf kan gemiddeld 4 hectare landschap beheren. InnovatieNetwerk, bedenker van dit concept, verwacht knooperven op ongeveer vijfduizend vrijkomende boerenerven. Op die manier ontstaat 20.000 hectare door burgers beheerde en dus subsidievrije natuur. Er is, volgens initiatiefnemer Nico Beun van InnovatieNetwerk, interesse van gemeentes, woningcorporaties en zorginstellingen, zoals Zorggroep Manna uit Enschede die op Erve ’t Hengelman een knooperf ontwikkelt voor dementiepatiënten. Omdat het eerste project, Veldboer in Langeveen, lange tijd bleef hangen op de verkoop van twee van de negen kavels, heeft de gemeente Tubbergen de overige kavels in juni 2015 verkocht aan projectontwikkelaar Erfgoed BV. Het openbaar groen blijft gemeentelijk bezit. Zie: erf-goed.nl/pg-27077-7-94120/pagina/knooperven_de_veldboer.html. Na het opheffen van InnovatieNetwerk is dit project terug te vinden op Tweedenatuur.nl. Zie: tweedenatuur.nl/project/200-000-hectare-subsidievrije-natuur.
De gemeenteraad van Tubbergen heeft in december 2016 unaniem ingestemd met aanpassing van het bestemmingsplan dat nu ruimte biedt voor twaalf in plaats van negen kavels. Nieuwbouw, sloop en verbouw van oude stallen startten begin 2017, omdat negen kavels inmiddels gereserveerd zijn, merendeels jonge inwoners van Langeveen. De uitgangspunten van het knooperf blijven overeind: verbetering van de ruimtelijke kwaliteit, vergroting van de toegankelijkheid van het landelijk gebied en behoud van de erfstructuur.

Ook een bewonersgroep in Achterveld, Gelderse Vallei, heeft van een boerderij een knooperf gemaakt.



westerflier

Landgoed Westerflier in Diepenheim,. Foto: Kitty Terwolbeck / Flickr

De familie Schimmelpenninck, eigenaar van landgoed Westerflier, heeft door het slim combineren van bestaande ruimte-voor-ruimteregelingen een knooperf in Diepenheim tot stand gebracht met drie wooneenheden. In plaats van gesloopte stallen kwamen er twee nieuwe woningen.
Mede-eigenaar Albert Schimmelpenninck pleit voor een ontwikkelingsmaatschappij voor verlaten boerderijen: "Mooie initiatieven als knooperven en erfdelen kunnen leegkomende boerderijen een nieuwe toekomst geven. Door er echtparen, ouderen of gezinnen in te vestigen, die het omliggende landschap onderhouden. Die initiatieven lopen nu aan tegen lange procedures en financiële risico's. Hiervoor is een ontwikkelingsmaatschappij nodig waarin de overheid of een bank geld steekt. Na verloop van tijd kunnen de bewoners het eigendom over de woning krijgen. Dat is kansrijk." Voor het knooperf op Westerflier was het landgoed zelf ontwikkelaar. Bron: magazine Mijn Natuur van SBNL Natuurfonds, zomer 2018. Zie ook: nederlandwordtanders.nl/projecten/knooperven.

 

7. EcoErf


Het concept voor een EcoErf gaat op een aantal punten verder dan een knooperf. Bij een EcoErf zijn de bewoners niet alleen verantwoordelijk voor lijnvormige landschapselementen, maar ook voor vlakvormige natuurelementen om het erf heen, zoals boomgaarden, graslanden en helofytenfilters. Op een EcoErf staan energieneutrale woningen en er is ruimte voor kleinschalige voedselproductie.
De initiatiefnemers van de stichting EcoErf zoeken overal in het land naar geschikte locaties. Zij hebben een visie opgesteld voor een EcoErf in een nog te realiseren recreatiegebied bij de Amersfoortse Vinex-wijk Vathorst. Wonen vormt de financiële drager van het erf. Het plan voor dit recreatiegebied bestaat uit wandelpaden, speelplekken, een theetuin en een winkel met streekproducten. Bron: Schetsboek Groene Gebiedsontwikkeling Utrecht. Zie: duurzaamdoor.nl/projecten/eco-erf.


8. Nieuwe Marken

In Nieuwe Marken onderhouden bewoners samen een natuurgebied. De bewoners zijn eigenaar van hun privékavel en gedeeld eigenaar van het openbaar toegankelijke natuurgebied van tenminste 50 hectare. Maximaal 5 procent van het gebied mag worden gebruikt voor bewoning. Kopers tekenen in hun koopcontract voor deelname aan een Vereniging van Eigenaren (VvE) die onder andere zorgt voor onderhoud van natuur, landschap en paden.
De Friese gemeente Smallingerland heeft op 4 juli 2017 het bestemmingsplan Peinder Mieden unaniem vastgesteld. Het gaat om een gebied ten zuiden van Opeinde, vlakbij Drachten. De aanbesteding is in januari 2018 van start gegaan. Ook is begonnen met het bouwrijp maken. Bestek en tekeningen lagen toen klaar en de financiën waren rond. De eerste kopers begonnen medio 2018 met de bouw van hun woning. Er ontstaat een 87 hectare groot natuurgebied met daarin 45 energieneutrale woningen. Het natuurgebied is eigendom van de bewoners en wordt publiek toegankelijk. Toekomstige bewoners hebben Kopersvereniging De Peinder Mieden opgericht.

Het begeleidende bureau Stroming zoekt ruimte voor tien Nieuwe Marken. Dat levert 500 hectare natuur op die niet met subsidies hoeft te worden gekocht, ingericht en beheerd. Zie: https://www.stroming.nl/zoeken?search_api_fulltext=Nieuwe+markeninnovatieagroennatuur.nl/nl/concepten/view/86/NieuweMarken.html en innovatieagroennatuur.nl/nl/bibliotheek/rapporten/237/VoortgangsrapportageNieuweMarken.

9. Buurderijen


In een Buurderij onderhouden omwonenden fysiek en met geld een boer die ook veel aan landschapsbeheer doet. Het is een samenwerkingsverband tussen grondeigenaren en omwonenden.
Het idee is dat de grondeigenaren en burgers samen zowel private taken zoals landbouw, zorg en landgoedwinkel uitvoeren als een aantal publieke taken zoals natuur, landschap, waterbeheer en educatie. De burgers krijgen op die manier medeverantwoordelijkheid voor en zeggenschap over de inrichting van de ruimte. Daar staat een eigen bijdrage tegenover. De burgers betalen in een Buurderij dus mee aan de inrichting en beheer van hun landschap. Ook kunnen zij bijdragen aan het onderhoud van natuur en landschap door zelf mee te werken. Burgers zijn nog net geen juridische maar wel sociale en morele eigenaren van het landschap.

InnovatieNetwerk was met diverse partners in de Haarlemmermeer begonnen met een Buurderij. Dat experiment ligt stil vanwege onvoldoende medewerking van overheden. In Schouwen-Duiveland voerde InnovatieNetwerk gesprekken met drie agrarische ondernemers die de verantwoordelijkheid voor het beheer van het landelijk gebied willen nemen, samen met burgers, organisaties en instellingen als een woningcorporatie en een zorginstelling uit de buurt. Hier zorgen planologische veranderingen voor vertraging. Zie: buurderijhaarlemmermeer-zuid.nl en innovatieagroennatuur.nl/nl/concepten/view/130/BuurderijSchouwenDuiveland.html.

Een ander concept onder de naam Buurderij begon december 2016 in Amsterdam-Noord. Boeren uit de buurt van Amsterdam bieden op de Buurderij hun producten aan. Deze buurderij is een soort boerenmarkt waar buurtbewoners van te voren bestellen wat ze willen hebben. Elke dinsdag leveren boeren uit de buurt van Amsterdam op de Buurderij onder meer hun groente, brood en zuivel. Volgens organisator Anne Verhulp is dat efficiënt op twee manieren. "Boeren oogsten alleen wat ze die dag verkopen waardoor we voedselverspilling voorkomen en de boeren staan slechts twee uur op de markt en niet een hele dag." Verhulp: "Het is vrij eenvoudig om een eigen Buurderij te starten. Binnenkort komt er ook een bij Station Sloterdijk." Bron: Parool, 8 december 2016, parool.nl/stadsgids/eerste-buurderij-van-nederland-van-start-bij-de-ceuvel~a4430439.


10. Herenboerderijen


Een stap verder gaan herenboerderijen. Dat zijn burgerinitiatieven waarin consumenten zich verenigen in voedselcoöperaties die streven naar de meest duurzame vorm van landbouw, met respect voor natuur, cultuur, boer en burger. Deze lokale voedselcoöperaties zijn dus eigenaar van een gemengd boerenbedrijf. Het voedsel wordt primair geproduceerd voor de leden. De stichting Herenboeren werkt samen met de agrarische hogeschool HAS in ’s-Hertogenbosch. Initiatiefnemer is Geert van der Veer van Coöperatie Praedium, Natuurbegraafplaats Heidepol en Beroepsvereniging Natuurboeren. Zie: herenboeren.nl.

herenboeren

De initiatiefnemers van de coöperatieve boerderij Herenboeren ontvangen een "Agrofoodpluim" van de provincie Noord-Brabant in september 2016 (bron). 


11. Dorpslandgoederen en Kompostwoningen


Een Dorpslandgoed is een vervolg op het concept EcoErf en een variant op een Nieuwe Marke. Initiatiefnemers Sant Ruyter en Solange Ruyter-Schmeits werken samen in een vennootschap onder firma met als naam 2Open. Zij schreven in opdracht van InnovatieNetwerk een haalbaarheidsplan voor het Heidegoed Empe te Brummen, oost-Veluwe, dat eind 2013 verscheen. De spil in dit dorpslandgoed is een kleinschalige buurtgemeenschap van circa 24 huishoudens op een landgoed vanaf 20 hectare, met 80% nieuwe natuur, 15% gemeenschappelijke gronden en 5% woonerf.
Een dorpslandgoed heeft zeven functies: wonen, werken, beheren, natuurontwikkeling, cultuur en recreatie, zelfvoorziening en een regiofunctie. Een dorpslandgoed richt zich op mensen vanaf een modaal inkomen met een groene, sociale en duurzame levensstijl. Het dorpslandgoed wordt eigendom van een coöperatieve vereniging van bewoners en gebruikers. De 24 woningen à €175.000 tot €375.000 voor 70 tot 145 m2 worden half verdiept aangelegd inclusief een gemeenschapshuis. Bewoners werken 200 uur per jaar, dat is een middag per week, mee aan het beheer. Economische dragers zijn woningen, gemeenschapshuis met werkplaatsen en horeca, pacht van stukjes gemeenschappelijke grond en mogelijk een tuinbouwer. InnovatieNetwerk, 2Open en Natuurmonumenten tekenden 16 januari 2012 een intentieovereenkomst om een of meer dorpslandgoederen te ontwikkelen. Zie: 2open.nl.
Onderzoeksbureau MarketResponse keek naar de haalbaarheid in opdracht van het Innovatienetwerk Agro en Groen en ondervroeg ruim duizend personen. Voor meer dan de helft (53%) is dit een aansprekend woonconcept. Omdat de gemeenteraad van Almelo in 2014 de toepassing in Almelo wilde onderzoeken, richtte deze enquête zich specifiek op die gemeente. Van de duizend ondervraagden vond 4,4% het concept zo aantrekkelijk dat ze misschien wel wilden verhuizen naar Almelo. Gerekend over heel Nederland zou dat neerkomen op 330.000 huishoudens. Na meer onderzoek vond het college van burgemeester en wethouders van Almelo de risico’s te groot. Zie: Kansen voor het concept dorpslandgoed. Inmiddels heeft 2Open in Oosterwold, Flevoland, een optie genomen op een locatie en voldoende mensen gevonden die zich tegen betaling hebben ingeschreven. 

Contacten van 2Open met de gemeente Zutphen over de inrichting van een dorpslandgoed leidden tot een nieuw project. Zutphen zou voor een periode van vijf jaar een zogenaamde Kompost-locatie krijgen met tien Kompostwoningen, woonerf, moestuinen, dierenweide, speelweide en een eigen toegangsweg met parkeervoorziening. Kompostwoningen zijn compact, zelfvoorzienend en verplaatsbaar. Maar na drie jaar trok 2Open de stekker uit dit project. De tijdelijkheid bleek een onneembaar obstakel voor banken en hun hypothecaire financiering. Zie: KompostZutphen.nl.

12. Aandelen in natuurbezit


Nieuwe Malebossen bieden financiering voor bestaande en nieuwe bossen. Eigenaren (‘geërfden’) kopen een aandeel (‘waardeel’) en betalen een jaarlijkse bijdrage. Zij krijgen daarvoor zeggenschap en gebruiksrechten. Een casestudie in Almere leert dat er zonder subsidie 72 geërfden nodig zijn die elk €1000 investeren om een hectare landbouwgrond om te zetten in een malebos.
Een gebruikersgroep van vrijwilligers en omwonenden die zich betrokken voelen bij het Bieslandse Bos bij Delft van Staatsbosbeheer reageerde enthousiast op de mogelijkheid om eigenaar te worden.
Het is een moderne variant van het traditionele gemeenschappelijke bos- en heidebeheer zoals dat vier generaties geleden nog gemeengoed was: de boermarken en de bosmaalschappen. InnovatieNetwerk begon in 2014 met het opzetten van drie experimenten, waaronder twee gebieden van Staatsbosbeheer en een met een bewonersvereniging. Uiteindelijk ging alle aandacht naar de mogelijkheden van het 125 hectare grote gebied Groot en Klein Spriel bij Putten op de Veluwe. Aanvankelijk toonden de betrokken medewerkers van Staatsbosbeheer groot enthousiasme. Maar, een tekort aan personeelscapaciteit, een nieuwe directeur en daaropvolgend nieuw beleid maakten een eind aan dit project. Zie: probos.nl/projecten/het-bosbedrijf/371-nieuwe-malebossen-van-theorie-naar-praktijk en docplayer.nl/7611004-Nieuwe-malegenootschappen-van-theorie-richting-praktijk-deelproject-1-zoektocht-naar-een-geschikte-locatie-casper-de-groot-patrick-jansen.html.

Natuurmonumenten lanceerde in 2014 het plan om natuurgebieden te verwerven met aandelen. Vereniging Natuurmonumenten wil op die manier haar achterban een grotere rol geven bij het beschermen van natuur. Dat stelde algemeen directeur Marc van den Tweel 11 april 2014 tijdens het jaarlijkse Voorjaarsforum van Natuurmonumenten. Van den Tweel wil met mede-eigenaarschap diverse doelen bereiken, van het simpelweg geven van een mening, tot het nadenken over de inrichting van een gebied, het besluiten over een landschapsproject, het kopen van een aandeel van een natuurterrein en het uitvoeren van fysiek onderhoudswerk.
De directeur van Natuurmonumenten denkt aan de oprichting van een coöperatie die natuur koopt die door een gemeente van de hand wordt gedaan. Van den Tweel: “De betrokkenheid van buurtbewoners en lokale bedrijven is goud waard. Onze organisatie faciliteert hen om de natuur te behouden. Zo ontstaat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dit geeft natuur in Nederland een grotere overlevingskans.”
Marc van den Tweel zegt in Trouw diezelfde dag: "Ik voorzie dat Natuurmonumenten de komende jaren zulke vormen van mede-eigenaarschap gaat realiseren. We moeten wel als we het natuurareaal willen uitbreiden. In coöperaties en via beleggingsconstructies kunnen particulieren en bedrijven aandelen of obligaties kopen, zodat zij echt mede-eigenaar worden. Deze beweging kan ook vanuit de samenleving komen. Als mensen zich bezorgd maken over verdwijnende natuur in hun streek, kunnen wij hen helpen deze zelf aan te kopen. Die werkwijze klinkt revolutionair, maar feitelijk gaan we zo terug naar de praktijk uit 1905, naar waar we vandaan komen."
Oprichter Jac. P. Thijsse noemde bij het 25-jarig bestaan van Natuurmonumenten in 1930 het Naardermeer 'het ideale natuurmonument' dat in zijn ogen voldeed aan vijf criteria. Let op de volgorde.
1: het dekt zijn eigen kosten
2: het levert - laat ons dit fluisteren - zelfs winst op
3: het geeft de gelegenheid tot ongestoorde groei en ontwikkeling aan planten en dieren
4: het verschaft aan duizenden mensen een gerieflijke en aangename gelegenheid om te genieten van een der mooiste landschappen ter wereld en kennis te maken met zijn bewoners
5: het levert de wetenschap een onuitputtelijk voorwerp van studie en zelfs gelegenheid tot experimenteren.
Bron: Trouw, 11 april 2014. Zie: trouw.nl/tr/nl/4332/Groen/article/detail/3633554/2014/04/11/Natuurmonumenten-moet-mede-eigenaarschap-herintroduceren.dhtml.

Wellicht kan het initiatief van een groep van 14 bewoners in Soest Natuurmonumenten verder helpen met mede-eigenaarschap. De groep heeft hoogveen gekocht. De bewoners van 14 huizen hebben eind 2016 gezamenlijk een perceel van 1,5 hectare aangekocht met als doel hun uitzicht en deze natuur te behouden. Ze kochten het perceel toen het te koop kwam, uit vrees dat een projectontwikkelaar er mee aan de slag zou gaan. Al tijdens het aankoopproces kwam Natuurmonumenten in beeld om de expertise van de terreinbeheerder te benutten. Maar ook om het land te zijner tijd mogelijk aan Natuurmonumenten te schenken. Boswachter Stef van Helmondt geeft beheeradvies. De natuurorganisatie heeft 3 hectare van het aangrenzende Soesterveen al sinds 1996 in bezit. Een herstelplan voorziet in het afgraven van de toplaag van de graslanden richting veen en verbeteren van de waterhuishouding.
Bron: Soest Nu, 17/11/16. Zie: soestnu.nl/nieuws/algemeen/44219/buurt-koopt-grond-aan-voor-uitzicht-en-natuur-.

Natuurmonumenten meldt dat de vereniging al ervaringen heeft met mede-eigenaarschap in Kardinge, Delfzijl, het Voorsterbos en op landgoed Visdonk.

13. Natuur in nieuwbouwwijk


Het Utrechts Landschap is sinds 2015 eigenaar van stukjes bos en hei in de wijk Kerckebosch te Zeist dat grenst aan het natuurgebied Heidestein. De eigen schaapskudde maakt elk jaar een graasronde door de wijk. Het Utrechts Landschap hoopt dat bewoners betrokken raken bij het natuurbeheer en vrijwilligerswerk gaan doen. Kerckebosch ontving in 2016 de Falco Award voor beste openbare ruimte van Nederland vanwege de vernieuwende manier waarop natuur en bebouwing in elkaar over lopen. De wijk liet in de prijsvraag de nieuwe stationspleinen van Rotterdam en Arnhem achter zich.


14. Safariparken


Een extreem verdienmodel biedt ruimtelijk bureau INBO dat een safaripark in Nederland ontwikkelt onder de naam Soulife Wolf, beschreven als “een vrijstaat waar je opgegeten kan worden door een wolf of een beer”. INBO werkt het idee uit voor krimpregio de Veenkoloniën, maar ‘wonen in wilde natuur kan ook in of bij Amsterdam en Utrecht’, aldus Alex Sievers. Via sociale media probeert INBO allianties te smeden van mensen en organisaties om een grote stap te kunnen zetten. Dit lijkt qua verdienmodel op Nieuwe Marken: bewoners bouwen een huis en kopen veel grond voor gezamenlijk beheerde natuur. Sievers verwacht interesse van 1 of 2% van de Nederlanders. Zie: soulife.nl/wolf en klik op Oud nieuws in de categorie Kronkels en Spinsels.