Voorstel EU natuurherstelwet is wensdenken
De FPG heeft begin december in samenspraak met haar EU collega-organisaties een oproep gedaan de voorgestelde natuurherstelwet door de Europese Commissie grondig te herzien. Volgens de FPG is het teveel wensdenken zonder draagvlak vanuit direct belanghebbenden als de grondeigenaren en beheerders. De Europese koepelorganisatie ELO publiceerde eerder deze maand de EU stockholm declaratie om deze boodschap kracht bij te zetten.
Voorstel Europese Commissie
Het voorstel van de Europese Commissie is gericht op juridisch vastgelegd herstel van ‘waterrijke gebieden, rivieren, bossen, graslanden, mariene ecosystemen en stedelijke milieus in de EU’. Een Europese natuurherstelwet zou moeten leiden tot minder vervuiling, meer bomen, en groenere steden en infrastructuur. EU landen moeten nationale herstelplannen opstellen waarbij ze stringente doelstellingen opgelegd krijgen in termen van bescherming van habitats en soorten.
Adaptatie en veerkracht als uitgangspunt
Voor FPG staat het als een paal boven water dat veilig stellen van onze ecosystemen en het streven naar klimaatneutraliteit een vereiste is om een leefbare planeet te behouden voor onze kinderen. Maar de voorstellen voor de EU Natuurherstelwet zijn praktisch niet uitvoerbaar en niet in lijn met de doelstellingen van EU “green deal” doelen als koolstofvastlegging en groene groei. De Europese Commissie zet in op het terug draaien van de klok naar de ecologische situatie van tientallen jaren geleden, maar dat is gezien de ontwikkelingen van de afgelopen dertig jaar onhaalbaar. We moeten redeneren vanuit de ecosystemen die we nu nog hebben. Adaptatie en veerkracht van bestaande systemen moet het uitgangspunt zijn, niet enkel bescherming en herstel.
Geen top-down benadering
De EU natuurherstelwet heeft dan ook de juiste intenties, maar gebruikt een top-down benadering en doet daarmee geen recht aan de enorme inspanningen van natuur- en bosbeheerders in de afgelopen dertig jaar. Deze zetten zich al decennia in voor het Natura2000-netwerk en andere maatschappelijke opgaven. Voor hen is te weinig economisch perspectief geboden. Het draagvlak voor een grotere inspanning in het landelijk gebied is nog slechts beperkt aanwezig bij bewoners, eigenaren en beheerders. De kloof met de stad is groot. Inzet op verantwoord consumentengedrag en inperking van vervuilende sectoren zou topprioriteit moeten zijn. Niet verdere inperking van beheersmogelijkheden voor de mensen die al dag in en uit bezig zijn met grondgebonden landbouw, natuur en bos.
Beperkingen trekken wissel op leefbaarheid
De FPG is bang dat de vele ecologische beperkingen in het buitengebied een wissel trekt op mensen in de regio. Boeren, grondeigenaren en beheren kunnen alleen bij voldoende alternatieve inkomsten als koolstofvastlegging, leveren van groenblauwe diensten en bosaanplant. Daarbij horen veel financiële vraagstukken rondom afwaardering van grond en de waardering van ecosysteem diensten. Dit moet eerst geregeld worden voordat verdere inperkingen plaats vinden. Daar betaalt namelijk de natuurbeheerder en -eigenaar dan grotendeels alleen de rekening voor. Het uitgangspunt moet zijn dat al die mensen die zich al generaties lang inzetten voor een gezond en biodivers landschap niet de dupe worden van deze plannen.
Houtoogst hoort bij bosbeheer
Verdere inperking van bosbeheer en het rigoureus beperken van houtoogst in dit voorstel is ook tegen het zere been van de FPG. Dit leidt enkel tot een verdringingseffect en oogst van hout uit andere werelddelen die lagere standaarden hebben op het gebied van duurzaamheid. Houtoogst hoort simpelweg bij bosbeheer. Net als jacht bij faunabeheer hoort.