‘Alleen geld voor opkoop en afwaardering is niet de oplossing stikstofcrisis’
‘Ik ben positief over de gebiedsgerichte aanpak waar de coalitie op inzet. Echter er gaat in het stikstoffonds veel geld
Reactie FPG op coalitieakkoord
‘Ik ben positief over de gebiedsgerichte aanpak waar de coalitie op inzet. Echter er gaat in het stikstoffonds veel geld naar opkoop en afwaardering en relatief weinig naar innovatie. Daar lossen we de stikstof- en klimaatcrisis niet mee op. We moeten veel meer in de breedte kijken naar wat oplossingen zijn en dat vraagt een andere manier van denken. Onhaalbare stikstof- en klimaat normen moet je durven aanpassen. Evenals de verstikkende regelgeving en bijna oneindige beroepsprocedures die ons land kent. Ondernemers, eigenaren en grondgebruikers hebben behoefte aan duidelijkheid en perspectief op langere termijn. Ga met hen in gesprek en kom met uitvoerbare en haalbare plannen. Dan pas hebben grote veranderingen kans van slagen en is de voorwaarde opdat het weggelekte vertrouwen in de overheid terug komt’, aldus reageert FPG voorzitter Roel Robbertsen op het coalitieakkoord.
De nieuwe coalitie wil in de jaren tot 2035 met een ongekend groot bedrag van 25 miljard euro inzetten op extensivering, omschakeling, innovatie, legalisering en verplaatsing. Robbertsen: ‘Natuurlijk, ook wij zijn de juridische procedures rondom stikstof en klimaat beu. We moeten in de komende jaren voldoende kunnen bouwen en ik begrijp dat de coalitie desnoods met onconventionele middelen doorbraken wil forceren. Echter grote veranderingen in het landelijk gebied hebben pas kans van slagen als er voor alle betrokkenen perspectief is. Zij moeten eigenaar kunnen zijn, niet uitsluitend van de problemen maar vooral van de oplossingen. Ik ben daarom positief over de gebiedsgerichte aanpak en maatwerk maar er niet gerust op dat particuliere eigenaren en beheerders echt worden betrokken’.
Hij wijst op de stok die de coalitie achter de hand houdt. ‘Ik lees dat in gebieden waar de opgave tot emissiereductie en natuurherstel dermate groot is dat vrijwilligheid niet langer vrijblijvendheid betekent. De coalitie schrijft dat zij op het boerenerf het gesprek aan gaat om samen te zoeken naar de mogelijkheden. Dat is op zich mooi maar tegelijk een opening naar het inzetten op onteigening. Mijn inziens een absoluut verkeerd signaal. Zelfrealisatie moet de norm zijn en blijven. Particuliere eigenaren zijn uitstekend toegerust de overeengekomen doelen te realiseren en beheren’.
Verdienvermogen versterken
Het snel kunnen realiseren van de gewenste aanpassingen in het landelijk gebied, staat of valt met een duurzaam perspectief naar de toekomst, zowel ecologisch als economisch. ‘Een eenmalige maatregel zoals opkoop kan hier en daar misschien wat ruimte maken maar uiteindelijk draait het om het financiële perspectief op lange termijn.
Daarom is het voor de aanpak van bijvoorbeeld stikstof beter om te investeren in extensivering en innovatie, versterking van de keten door betere prijzen en structureel betere vergoedingen voor groene en blauwe diensten, dan in opkoop. Het regeerakkoord geeft daar dan ook terecht een aanzet toe maar zou van uit het fonds meer prioriteit moeten hebben’, aldus Robbertsen.
Hij benadrukt dat bij een extensief beheer van landbouwgrond de opbrengst vanuit de markt doorgaans klein is en er dus structureel een faire en toereikende vergoeding voor product en beheer moet volgen.
Robbertsen: ‘Het verdienvermogen en het toekomstperspectief van de agrarische ondernemers is in de tijd gezien bepalend voor pachtopbrengsten en particuliere investeringen in grond. Zonder een faire vergoeding voor product en beheer en een fiscale stimulans, ga je dat terug zien in het landschap door achterstallig onderhoud en verrommeling’. Robbertsen pleit daarom voor een integrale benadering van het landelijk gebied waar grondgebonden bos- en landbouw en natuur hand in hand gaan met daarin een actieve rol van de eigenaren en landgoederen: ‘Veel van onze leden bezitten zowel bos, natuur- als landbouwgrond. Vaak in zeer bijzondere landschappen. De samenleving vraagt om meer biodiversiteit en een toegankelijk en vitaal landelijk gebied in een meer klimaatbestendige omgeving. Het zijn bij uitstek particuliere grondeigenaren en beheerders die dat kunnen bieden’, aldus Robbertsen.
Pachtregelgeving achterhaald
Ook de pachtregelgeving speelt mee. ‘De regels voor reguliere pacht zijn volkomen achterhaald en staan grondmobiliteit en meer verduurzaming in de weg. Pacht is een uitstekend middel om op bedrijfsniveau over voldoende grond te kunnen beschikken om te komen tot een meer grondgebonden landbouw. Van groot belang daarbij is dat grondeigenaren meer ruimte zouden moeten hebben om met hun pachters onderling in vrijheid afspraken te kunnen maken’, zegt Robbertsen.