PBL-stikstofonderzoek: politieke keuzes en gebiedsspecifieke aanpak
Het PBL bracht vandaag het beleidsonderzoek
Het PBL bracht vandaag het beleidsonderzoek “Naar een uitweg uit de stikstofcrisis” uit met het oog op de formatie van een nieuw Kabinet. Belangrijkste bevinding is dat PBL een gebiedsspecifieke aanpak voorstaat die leidend moeten zijn bij het stikstofbeleid. Dit moet het uitgangspunt zijn bij verbetering van de natuurkwaliteit. En leiden tot kosteneffectieve en juridisch houdbare maatregelen met realistisch doelen. FPG pleit daarbinnen voor een integrale aanpak met respect voor eigendom, mogelijkheden voor zelfrealisatie en het combineren van functies in het landelijk gebied.
Politiek besluit over scherpte doelen
Het PBL vindt eveneens dat een politiek besluit moet worden genomen over de striktheid van de gestelde doelen en het lange termijn perspectief dat wordt geboden aan boeren. De aanstaande verscherpingen op gebied van klimaat en waterkwaliteit moet tegelijk op worden genomen in de gebiedsspecifieke aanpak. FPG vindt dat doelstellingen juridisch en economisch realistisch moeten zijn. En ingevoerde maatregelen wetenschappelijke onderbouwd. Het PBL onderkent dat meer gebiedsspecifieke informatie en onderzoek nodig is. Monitoringsystemen en beoordelingssystemen moeten onafhankelijke getoetst zijn.
EU biodiversiteitsdoel flexibeler uitleggen
FPG heeft moeite met een aantal aannames die besloten lijken in het rapport ten aanzien van bijvoorbeeld de EU biodiversiteitsstrategie. De Europese Commissie zou met de aanscherping van de biodiversiteitsdoelstellingen aansturen op 150.000 hectare extra natuur in Nederland. FPG vindt dit nogal voorbarig. De onderhandelingen hierover zijn pas recent begonnen. De biodiversiteitsuitdaging moet in een EU perspectief worden bekeken en is het de vraag of een natuuroppervlakte van 30% per land logisch is met kleine en dichtbevolkte landen als Nederland.
Maatwerk nodig & inzet op overgangszones
Dit kan anders en kostenefficiënter worden opgelost, in lijn met de duurzame energie en klimaatdoelstellingen waar ook maatwerk mogelijk is. Dat maatwerk nodig is in Nederland wordt ook duidelijk in het PBL-rapport. Daarbij worden vragen gesteld bij de meerwaarde van generieke investeringen in innovatieve stalsystemen als dit niet gebiedsspecifiek wordt ingezet. Dit kan ertoe leiden dat meer middelen nodig zijn op lange termijn en ook de reductie van de depositie rondom natuurgebieden in mindere mate wordt versneld. FPG blijft inzet op overgangszones benadrukken in dat kader. De gebieden rondom Natura2000-gebieden zijn cruciaal voor het wel of niet slagen van de reductiedoelstellingen in de landbouw én het verbeteren van de natuurkwaliteit.
Zelfrealisatie blijft uitgangspunt
Tot slot wordt nog in het rapport stil gestaan bij de dynamiek die ontstaat als gevolg van stoppende ondernemers, waarvan een groot deel pachters zal zijn. PBL constateert dat dit ruimte biedt voor alternatieve invulling en sturing op doelen bij vrijkomen van deze gronden. Voor FPG is het daarbij van belang dat zelfrealisatie het uitgangspunt blijft. Een overheid moet kaders stellen en kan richting geven, maar uiteindelijk moeten particulieren mee kunnen doen aan de nieuwe inrichting en meeprofiteren van nieuwe kansen in het buitengebied. Of dat nou in natuurbeheer, bos, energie, woningen of landbouw wordt gevonden. Dit zorgt op lange termijn voor draagvlak en een kostenefficiëntere oplossing dan dat de overheid de rol van beheerder gaat spelen.